“Van de start tot Parijs geen seconde gemist”
- Tom Rutsaert
- Feb 22, 2018
- 3 min read

Drie weken de Ronde van Frankrijk op de voet volgen, daarvoor moet je beiden leven voor de koers. Ronny Sanders (61) en Erlinda Zielens (60) volgden de Tour gedeeltelijk in 1998. Het smaakte naar meer en in 2000 waren ze er volledig bij. “Kostelijk en vermoeiend, maar de return is onbetaalbaar.”
“We logeerden altijd in de hotels waar de renners verbleven. Zonder goede contacten zou dit onmogelijk zijn. Ik had een goede verstandhouding met Walter Godefroot (voormalig ploegleider van Team Telekom, red.). Ook verschillende materiaalmannen en verzorgers kenden ons van de vele wielerwedstrijden die we bijwoonden”, zegt Ronny. “Zo wisten we waar de ploegen logeerden en was het mogelijk om in die hotels een kamer te boeken. We zorgden er wel voor dat we bij verschillende ploegen geslapen hadden. De ene dag zaten er eens vijf, de andere dag slechts een.”
Ronny en Erlinda houden mooie herinneringen over aan hun verblijf. “Zo zaten we aan de ontbijttafel met Franck Vandenbroucke. Hij vertelde ons: ‘Hier begint mijn Tour’ en diezelfde dag gaf hij er de brui aan. ’s Avonds genoten we met enkele renners van een ijsje op het hotelterras. De landgenoten waren blij dat ze nog eens Vlaams konden spreken.” Maar er is ook een weerkant. “De renners waren slordig. Als je in een vuilnisbak keek, zag je injectienaalden van dopinggebruik goed liggen. Dat mag een supporter niet zien.”

“Mooiste herinneringen in de bergen”
Na de renners drie weken in het wiel te hebben gevolgd, is de vermoeidheid enorm. “Maar als je niet vroeg opstaat, mis je de start. Het peloton zei niet: ‘Wacht Ronny en Erlinda slapen nog’ (lacht).” ’s Ochtends verkenden Ronny en zijn vrouw het vipdorp. “Op hotel kregen we vipkaarten van de commentatoren. We namen daar dan eten en drinken mee voor de hele dag. Dat speelde in ons voordeel, want overal waar de Ronde van Frankrijk passeerde, schoten de prijzen de lucht in.”
Na het startschot vertrokken de twee koersfanaten uit Eernegem met de auto naar hun volgende stop. “We proberen ze eens tijdens de rit te zien en dan rijden we door naar de finish”, zegt Erlinda. De mooiste herinneringen komen uit de bergetappes. “Een hele dag op een berg wachten tot de renners passeren en dan alle Belgen zien, dat is prachtig. In de bergen gaven we ook weleens water aan”, vervolgt ze.
Tegen regels in
Tijdens een bergrit staan de bergflanken altijd propvol. Sommige supporters kamperen er al dagenlang om hun favoriete renner te zien, maar daar deden Ronny en zijn vrouw niet aan mee. “Ik reed de dag zelf naar de top van Luz-Ardiden en parkeerde me tussen de wagens van de commentatoren. Een voor een auto’s vol opschriften en dan onze Renault Manager”, zegt Ronny lachend.
De tocht naar boven was 14,7 kilometer lang en werd continu onderbroken door Franse politieagenten. “Ze vertelden ons iedere keer dat we naar beneden moesten, maar op zo’n momenten spraken wij enkel Nederlands. Frans dat was ons onbekend. Wanneer de agenten weg waren, reed ik verder naar boven. Als ik dat nu zou doen, zouden ze mij gegarandeerd in de cel steken. Ik zou het niet meer durven ook. Het was te zot voor woorden.”
Wielerpassie geboren op camping
Ook om de Tour te volgen moet je beiden zot zijn van de koers. Die wielergekheid heeft Ronny al van op jonge leeftijd te pakken. “Mijn ouders waren conciërge op Camping Pollentier in Middelkerke. Verschillende wielergoden, als Jean-Pierre Monseré en Erik De Vlaeminck, hadden daar een staanplaats.”
Vooral De Vlaeminck heeft een grote invloed gehad op de koersinteresse van Ronny. “Toen ik dertien was ging ik te voet naar de aankomst van het veldrijden in Middelkerke. Die was op een kleine drie kilometer van de camping. De Vlaeminck won en gaf mij de bloemen. ‘Geef ze aan je mama’, zei hij. Dan liep ik drie kilometer terug met een groot bouquet in mijn handen. Iedereen riep me na: ‘Heb je gewonnen? Proficiat he.’ Ook Erlinda is gebeten door de koers. “Hoofdzakelijk door mijn man. Maar het is fijn om dezelfde passie te delen.”
Prijzige vakantie
Nu zouden Ronny en Erlinda de Ronde van Frankrijk niet meer volledig volgen. “Drie weken Tour, daarvoor namen we al ons verlof op. Ook het kostenplaatje was niet aan de lage kant. We moesten er met twee stevig voor werken, maar we houden er onbetaalbare herinneringen aan over. Wat wij daar meemaakten is nu ondenkbaar geworden, alles is veel meer afgesloten.”
![endif]--
Yorumlar